In de “tot de kern”-reeks bespreek ik iedere keer een yoga-houding met daarbij de volgende vragen in het achterhoofd: Wat is de houding? Wat zijn de opkomende associaties? Wat zegt mijn lijf? Hoe reageert mijn gemoed? En de vraag aan jou: hoe ervaar jij deze houding?
Vandaag ga ik tot de kern van prasarita padottanasana B.
Prasarita padottanasana B gaat verder daar waar je na de A-variant bent gebleven. Je staat met je armen horizontaal en op een uitademing plaats je handen wederom in je zij, net boven je heupen waarbij je vingers naar voren wijzen. Op een inademing open je de borst door het borstbeen wat op te tillen. Gebruik nu een uitademing om met een rechte rug naar voren te scharnieren en je kruin richting de vloer te bewegen. Je handen blijven in je zij in deze variatie. De ellebogen bewegen niet van de romp af, maar komen achter je rug naar elkaar toe alsof er een elastiek tussen je ellebogen is gespannen.
Blijf daar waar je rug nog recht is, ga niet doorhangen in deze houding. Met de handen die in de B-variant in de zij blijven, is het extra verleidelijk om je rug te bollen en je hoofd een beetje te laten bungelen. Zorg ervoor dat deze houding actief blijft: met aangespannen been- en buikspieren is het gemakkelijker de rug recht te houden. Je hoofd is in lijn met je wervelkolom: dit betekent dat je of naar de vloer kijkt of tussen je benen door naar de muur achter je. Probeer iedere inademing bewust en met aandacht ietwat dieper in de houding te komen. Gebruik iedere uitademing om de rust op te zoeken in de houding en in contact te blijven met je lijf om zo goed naar je grenzen te kunnen blijven luisteren.
Blijf vijf adembelevingen in deze houding staan. Besteed eens één van deze adembelevingen aan hoe je op de mat staat. Als je meerdere prasarita padottanasana-houdingen achter elkaar doet, kan je spanning gaan voelen aan de buitenkant van je enkels. Dit kan komen doordat je gewicht vooral op de buitenranden van je voetzool terecht komt. Als je je tenen een beetje optilt, duw je je voetzool evenredig op de mat en zorg je ervoor dat je gewicht gelijk verdeeld wordt over je gehele voet. Zo zal hopelijk de druk op de buitenkant van je enkels afnemen. Mocht de druk onprettig worden, kom dan vooral uit de houding.
Om uit de houding te komen, gebruik je een lange inademing om omhoog te komen. Spreid nu wederom je armen horizontaal en bereid je voor op de volgende gespreide vooroverbuiging (de C-variant) of stap weer terug in tadasana.
Namasté